Monday, October 22, 2007

Werk

In een vroegtijdig stadium van mijn leven werd ik al ter werk gesteld, buiten de welbekende ooms, op een plaats buiten de familie. Aardbeien plukken bij de gebroeders Gortz was een van de eerste baantjes buiten de bekende kring van ooms. Het was al allemaal vreemd ik moest er alleen werken, zonder broers, ik kende niemand en het was de eerste keer dat ik aardbeien ging plukken. De boer wees welke rij van mij was en hoe ik ze moest plukken zonder steeltje en het groen eraan laten was de bedoeling. Vlijtig ging ik aan de slag en af en toe een aardbei voor mezelf en dan weer een paar voor de boer. De boer kwam regelmatig waarschuwen dat er niet van zijn aardbeien gegeten mocht worden anders kon je vertrekken.




Onmogelijke zaak. In ieder geval ik zag rondom mij dat mensen regelmatig een kistje vol hadden maar dat van mij dat kwam maar niet vol. Na een halve middag gezwoegd te hebben had ik het ding eindelijk vol. Het moest gecontroleerd worden op gewicht, 5 kilo moest erin zitten. Het kistje werd geinspecteerd en de boer werd een beetje pissig en vroeg me of deze aardbeien voor de jamfabriek waren bestemd, zo gekneusd als ze waren.
Ik kon wel door de grond zakken, ik kreeg mijn 2,50 gulden en ging huilend naar huis. Ik had me gezworen daar nooit meer terug te gaan, mijn ouders konden hoog of laag springen, daar terug, Never!
Nog een keer heb ik aardbeien geplukt maar dat ging met een iets ander systeem. Je plukte je eigen aardbeien en je kon deze voor een extra lage prijs mee naar huis nemen. Waarna Moeders er een overheerlijke jam van maakte. Dat was ergens bij Opa in de buurt. Op de hei dus.
Familiair werd er ook in het bramenseizoen enige gezamelijke acties ondernomen om deze begeerlijke vruchten te plukken voor jam. Enige malen gingen we naar tante Mien in Maasbree om aldaar de bossen in te trekken. Het was wel een stuk lopen vooral met de kleintjes Maria en Jose. Met wat aanleng en beschuitjes was de woensdagmiddag gered in het bos. Speciaal de beschuit met veel boter en hagelslag. De smaak van de boter groter dan de hagelslag, heerlijk. Tante Mien had ontbijtkoek meegenomen wat ook onnoemelijk lekker was. En dan die droge beschuit met pindakaas. Na een beschuit moest je echt wat drinken zo droog. En ik herinner me de opmerking die Moeders vaak maakte dat ik de enige was die zo droog at zonder te drinken. Het was meer een systeem voor mij eerst eten dan drinken. Of met het avond eten eerst de petatte en groente en dan het vlees. Als ik zag hoe Peter at en dronk dan werd ik al onpasselijk. Ik stelde me dit al voor hoe dit in de mond zou gaan eerst een stuk brood met iets en tegelijkertijd iets vloeibaars. Dit mengt zich in de mond en vormt een of ander papje van beide. Nee dank je, ik hou het op mijn eigen systeem.

De eenzaamheid met werken werd nooit meer overtroffen uit de tijd toen ik van de L.T.S. werd getrapt in Venlo. Mam en Pap hadden verzonnen dat ik meteen aan het werk moest aangezien ik niet meer naar school ging. Het was rond de start van de asparagustijd dus het kon niet beter dan ik asparagus moest gaan steken. Het was iets wat ik nog nooit gedaan had. De ouders vonden een plaats bij Poels, op den Bosch, deze hadden nog een stuk liggen wat nog niet gestoken werd door iemand, perfect voor mij dus. De boer ging de eerste dag met me mee om te wijzen hoe ik de asparagus kon vinden, uit moest graven en steken, en dan hoe ik het gat weer dicht moest maken. Ieder handeling moest zorgvuldig uitgevoerd worden. Dat merkte ik al snel genoeg, gebroken asparagus, te kort afgestoken en gaten niet glad afgestreken waarna ik de dag erna niet kon zien of er nog iets groeide.



Na een week of 2 was de sensatie er wel af. Het veld werd met de dag groter, leek het wel. En er groeide steeds meer. Was ik in den beginne oppe tijd klaar dat werd steeds later. En het aller ergste er was niemand om mee te praten. Ik kon praten wat ik wilde er praatte niemand terug. Niet dat ik zo’n bijzondere prater was maar enige uren verbrengen op een verlaten stukje aarde was wat veel van het goede. Ik kon niemand vragen of ik het goed of fout deed, oftewel ik deed maar wat. Ik dacht na mijn school de vrijheid gevonden te hebben maar dit was de ergste afstraffing die ik me kon verzinnen. Uiteraard starte ik met negeren van asparagus op het veld waarna deze groen werd en de boer tegen me begon te klagen dat ik mijn doppen beter moest gebruiken en alles moest steken. Tot een gegeven dag dat ik het echt niet meer uithield daar. Ik had al menigmale flink moeten huilen op het veld, ik voelde me zo machteloos daar. En niemand die me helpen kon, een echte martelgang ieder morgen om daar heen te gaan. Op een dag brak ik toen de boer de kisten asparagus kwam afhalen. Ik zei hem, met betraande ogen, dat ik het niet meer aankon om alleen te werken. Hij zou kijken wat hij kon doen voor mij. De volgende dag kon ik met de grote groep meesteken een man of 8. Er was een vrouw die maar al te graag mijn veld alleen wou doen, pffffff ik was gered. Ik vroeg me alleen af of de anderen wisten waarom ik nu bij hun was. Maar ik werd nooit met een vraag of beschuldiging lastig gevallen, gelukkig. Nog een kort feit over het gegeven werk. Ik dacht na het asparagus seizoen ook vakantie te kunnen gaan vieren, maar ook dat ging niet door dat geintje ik zat vanaf toen in de werkmolen. Jajaja zoete vrijheid.

Met deze herinnering wil ik mijn vroegste jeugd afsluiten om over te gaan naar mijn puberteits herinneringen. Deze zullen er af en toe niet om liegen maar ik heb verder niets om me voor te schamen. Verder wil ik ook niemand in verlegenheid brengen en als dat zo is zou ik dat graag horen. De tijd is de tijd en de tijd veranderd, met name ons.

Zeker kan ik niet uitsluiten als er nog iets in me opkomt van mijn vroegste jeugd zal ik dit hier publiceren. Ik heb enkele losse dingen nog liggen maar ik weet niet hoe ik de zak aan mekaar moet plakken. We zullen zien.

No comments: