Wednesday, March 14, 2007

Villa General Belgrano


Het langzaam veranderende landschap, van vlak naar golvend, kondigde zich 2 uur voor onze aankomst aan.
Na een busreis van 12 uur kwamen we in het bergachtige gebied van toeristische dorp General Belgrano. Het was al vanuit de bus duidelijk dat bijna het gehele dorp uit cabañas bestond wat inhoud dat je een soort klein huisje huurt met alle mogelijkheden en enige hotels. Ons idee was om ook naar een cabaña verhuur te gaan en dat kon niet al te moeilijk zijn. Bij het station de eerste straat de eerste verhuur was het meteen raak 80 peso per dag met tv, 5 bedden, keuken, wc de hele reut. Met de vermoeienis van de reis nog in de benen deden we onze eerste verkenning in het dorp de hoofdstraat met alle toeristische koopattrakties. Het bleek een Duitse imigratie kolonie te zijn waar alles aan Duitsland deed herinneren. Duits bier, veel hout, muziek en eten. Hier had ik eindelijk weer de kans om een fatsoenlijk brood te eten, schwarz brot, aangezien hier in Argentinie zo goed als alleen wit brood te verkrijgen is wat een beetje op niveau is. In enkele winkels was een tekening of tegelversiering van de boot “Panzerschiff Graf Spree” te zien. Dit wekte wel mijn nieuwsgierigheid. Dat kon betekenen dat hier een kolonie nazi neer was gestreken, dacht ik, maar wist nog niets van de relatie met de boot. Inmidels weet ik iets meer met een kleine zoektocht op het net. Om kort te gaan de boot heeft een gevecht gehad hier in de grote rivier en is gezonken in 1939. De kapitein heeft 3 dagen na aankomst in Buenos Aires in een hotelkamer zichzelf een kogel door het hoofd gejaagd met fatale gevolgen. En een deel van de bemanning is terecht gekomen in Villa gral. Belgrano. Hier meer info.
Aangekomen in de plaatselijke VVV kregen we een kaart in handen met alle atrakties van het dorp met enkele wandelingen en bezienswaardigheden. Als eerste wilden we de berg beklimmen met de virgen, de heilige maagd, op de top. Aldus gebeurde dit de dag erna, we hadden enige twijfel met het weer maar riskeerde de trip. Anyi bleek een echte stadse berggeit die niets gewend was qua bergwandelingen. Vanaf dat moment bleef ik haar “mijn geitje” noemen. Na enige rustmomenten kwamen we op de top en werden we beloond met een prachtig uitzicht. De trip naar onder ging iets gemakkelijker waarbij we geen rust nodig hadden.
Bij thuiskomst in onze cabana na een douche bleken we behoorlijk verbrand, alles wat niet bedekt was op het moment van de tocht was fel rood. Momenteel zijn we beide bezig met het vernieuwe van vel op die plaatsen. Behoorlijk vermoeid van die bergklim besloten we de volgende dag een iets korter tripje te ondernemen wederom iets met christelijke inhoud, een uit hout gesneden Christus genaamd “Cristo Grande”. Met de kaarten bij de hand en wat water en brood ondernamen we ons korte tripje dat iets langer zou worden dan we gedacht hadden aangezien de afstanden op de kaart niet overeen kwamen met wat er gezegd werd. We werden onderweg in ieder geval verast met behoorlijk wat bezienswaardigheden, de leegte, niets te zien dus en de cristo grande was een Christus van samengesteld hout, dus niet uit een stuk! Het was wel een fijn snijwerkje dat wel en aldaar was de omgeving wel heel mooi dat moet gezegd worden. Met de terugtocht beloonde we ons op een voettocht door een koud stromend beekje, heerlijk enkele uren spendeerde we hierdoor lopend met de kaart natuurlijk. In de komende dagen bezochten alle bestaande beekjes in Belgrano om met onze blote voeten te doorwaden. In de tussentijd hadden we onze favoriete bakker, slager, verse pasta winkel en supermarkt al ondekt in het dorpje waarvan we ons avondeten van meenamen. Speciaal de verse pasta winkel had diverse dingen die ons wel aanstonden. Een van de laatste dagen zijn we naar Embalse gegaan om van het meer aldaar te genieten. Fantastiesch groot, ik zag wel enkele mogelijkheden voor ozze Peter om daar iets op te starten met bananenboten en aanverwante artikelen. Kilometers groot het meer met enkele campings en her en der wat mensen maar niet al te gek, super relax. Na meer dan een jaar kon ik weer eens zwemmen, het water op ideale temperatuur, natuurlijk bergwater. In de bus van de terugtocht vielen we beiden voldaan in slaap.
2 keer zijn we gaan uiteten een keer in restaurant “tante Lenie” waar ik spatzl met goulash gegeten heb. Ik, Anyi beschrijven wat goulash is, met natuurlijk veel paprika en het enige wat niet in de goulash zat was paprika. Had ik weer wat. Het 2de restaurant dat we daar bezochten was een parilla, oftewel barbequeën. Hier hadden ze enkele specialiteiten waarvan wij de geit uitkozen om te eten. Nou een betere keuze hadden we niet kunnen maken overheerlijk krokant aan de buitenkant en nat van binnen, yuuuuuuuumie.
De gezichten in het dorp waren ook echt Duits, ik kon zo ozze Heinz uit Dusseldorff herkennen, Ludwig uit Kaldenkirchen en Dieter uit Essen. Al met al een feest van herkenning waar ik nu echt geen behoefte aan had maar wel grappig was. De laatste dag hebben we het rustig aan gedaan om de reis van 12 uur weer aan te gaan.
Met de neus vooraan in de bus dat alles ook goed te zien is.
Bij thuiskomst meteen naar de universiteit om me in te schrijven voor een nieuw niveau van Spaans.

No comments: